‘Een rijk besturen is als visjes bakken. Roer zo min mogelijk met de schuimspaan in de pan’- Lao Tze
‘De hemel is blijvend en de aarde duurzaam.
Ze zijn duurzaam daar ze niet voor zichzelf bestaan;
daarom hebben ze een lang leven.
Zo houdt ook de wijze zich op de achtergrond,
en staat vooraan;
hij vergeet zichzelf en blijft behouden.
Wordt niet, omdat hij geen eigenbelang kent,
zijn eigen belang verzorgd?’
Uit de Tau Te Tsjing van Lao Tze.
Wat staat hier nu eigenlijk? Bovenstaande werd in 1979 vertaald door Carolus Verhulst (een kleine beschrijving van zijn leven en zijn ontmoetingen met Mahatma Gandhi in dit NRC-artikel uit 1983 is de moeite waard). In de inleiding schrijft hij: ‘De vertaler heeft zich onthouden van elke commentaar of toelichting, wat de lezer in staat stelt zelf uit de tekst te halen, wat hem aanspreekt; wel dient gezegd dat herhaalde lezing telkens weer nieuwe horizonnen kan ontsluiten, en nader kan brengen tot het eeuwige Tau, de oergrond van alle dingen.’
Oergrond
Tau, de oergrond van alle dingen? De Tau Te Tsjing (ook wel bekend als Tao Te Ching en in toenemende mate als Daodejing. De spelling verandert voortdurend, zo wordt Lao Tze ook geschreven als Lao Tzu en Lao Zi) opent als volgt:
‘Het Tau dat niet kan worden uitgesproken,
is het eeuwige Tau niet;
de naam die kan worden omschreven,
is niet de onveranderlijke naam;
het niet-bestaan wordt de voorganger
van hemel en aarde genoemd;
het bestaan is de moeder van alle dingen.’
En zo verder. Een boek vol tegenstellingen. Of juist het gebrek eraan: de dualiteit die wordt opgeheven is voor de Westerse mens maar moeilijk te doorgronden. Misschien schept het volgende meer duidelijkheid?
Een naam geven
‘Er bestaat iets inherents en natuurlijks,
dat voor hemel en aarde was.
Ik ken zijn naam niet.
Maar zo ik het een naam zou moeten geven,
noem ik het Tau, en noem ik het groot.’
Innerlijke kracht
Wat kunnen we hier allemaal uit leren? Kristofer Schipper heeft de Nederlander decennialang wegwijs gemaakt in het Taoïsme, met vertalingen van onder andere Lao Tze en de taoïstische dichter en filosoof Zhuang Zi.
Pas aan het eind van zijn leven waagde Schipper zich aan een vertaling van de Dao De Jing. Het ‘boek (jing) van de weg (dao) van de deugd (de)’ werd alvast veranderd naar ‘het boek van de tao van de innerlijke kracht.’ Tao is niet te vertalen, vond de sinoloog, want “het leven manifesteert zich als een kosmische manifestatie die we niet kunnen doorgronden.
Het woord deugd als morele waarde wordt gebruikt in de confucianistische traditie,” verduidelijkt Schipper. “Die gedachtegang van moreel of deugdzaam gedrag is het taoïsme volkomen vreemd. Het stelt zich op in tegenstelling tot het patriarchale, aristocratische, officiële, morele confucianisme. De innerlijke kracht stijgt boven deze conventionele deugden uit.”
Diepste stilte
Met die innerlijke kracht kan elk individu zijn rol vervullen, zodat iedereen tot wasdom komt. Een leider kan er zijn volk mee regeren. Of misschien beter gezegd, haalt hij het meeste uit zijn mensen. Hij laat ze in hun waarde. Schipper verwoordde het zo: ‘Een rijk besturen is als visjes bakken. Hoe doe je dat? Je moet zo min mogelijk met de schuimspaan in de pan roeren. Op die manier bakken de visjes zichzelf.’
Op zoek naar de oergrond en innerlijke kracht kan men het wereldberoemde boek lezen, om het vervolgens weer in verwarring of vol verwondering weg te leggen, en nog een keer ter hand te nemen. Vergeet in die zoektocht ook de volgende passage niet: ‘Zoek de hoogste leegte, bewaar de diepste stilte, dan verrijzen alle dingen tezamen.’
Lees onze huisregels ook even. Wilt u ook meediscussiëren maar bent u nog geen lid? Meld u dan hier aan en geniet van alle voordelen.